Death Valley

Gister avond waren we goed aangekomen in ons hotel in Ridgecrest. Onze kamer had twee tweepersoons bedden. Dit was namelijk goedkoper dan één enkel bed. Lekker luxe en ruimtelijk hotel. Natuurlijk nu niets vergeleken Hearst castle. Het was al aardig laat toen we aankwamen dus maar snel naar bedje toe.

’s Ochtends was het een beetje stress want Death Valley was toch iets groter dan we dachten. Ook de belangrijke punten in het park lagen niet op de route die we in gedachte hadden. Onderweg moesten we nog even tanken. Het eerste tankstation had geen benzine meer dus moesten we ongeveer 35 kilometer verder rijden voor de volgende. Hier was toevallig ook het visitor centrum voor Death Valley. Hier vertelde ze ons dat we niet overal in het park konden komen omdat je een vier wiels aandrijvende auto nodig hebt want de wegen waren erg heftig. Dit zorgde ervoor dat ons schema nog best goed uitzag.

Death Valley is een super droog gebied en er is niet veel meer dan zand stenen en bergen. Onze eerste stop was een uitzicht punt over de droge bergen. Er vloog een F16 erg laag over ons heen wat veel lawaai maakte. Onze tweede stop in Death Valley waren the Darwin Falls met wonderbaarlijk volgens mij het enige water in het park. Na 2 mijl rijden op een onverharde weg moesten we nog een hike van 1 mijl lopen. Uiteindelijk na een leuke en natte hike kwamen we aan bij deze waterval. Onze derde stop was erg plotseling want we hadden een grote droogte gevonden waar de grond erg apart was. Er zaten allemaal soort van barsten in de grond wat erg spectaculair uitzag en aanvoelde. Onze vierde stop was opnieuw door een zandweg voor 2 mijl om daarna weer te hike. Nu was de hike door een smalle kloof van bergen. De laatste stop was bij zandbergen. Dit leek wel een woestijn want het enige wat er was was zand en een aantal planten. Het was zwaar lopen en we zijn dan ook niet helemaal doorgelopen waar geen begroeiing was. Na onze rit door Death Valley hebben we nu de vieste auto van heel Amerika.

Nu werd het langzaam donker en besloten we naar Las Vegas te rijden. Onderweg even gestopt om een buffet bij de Chinees te eten en bij Walmart. Nu zitten we weer in de auto en zijn we nog geen 40 kilometer verwijderd van Las Vegas.

Na nog een stuk rijden waren we 30 kilometer van onze bestemming en in de verte tussen de bergen door zag je een hel aan licht wat Las Vegas was. Ons hotel is honderd meter van de strip af en je ziet de strip met alle casino’s en ridicule hotels. Alles maar dan ook alles geeft licht. Nu even snel inchecken en douche zodat we even over de strip kunnen lopen. De Casino’s zijn levensgroot, eentje was een piramide met een gigantische sfinx als entree. Ze heb je ook eentje met de statue of liberty die een achtbaan heeft. Blijkbaar konden wij, ja ik ook, gewoon door het casino lopen. Er is geen controle op paspoort alleen voor de bars. Het was al laat dus we hebben niet gegokt, maar er waren super veel machines. Je kon van casino naar casino lopen en tussendoor waren allemaal super dure luxe winkels. De winkels op de strip zijn allemaal 24/7 open. Verder op de strip zag je ook de bekende eiffeltoren. Het was al erg laat (2 uur) dus we zijn maar naar bed gegaan want morgen willen we nog even terug naar Death Valley want het laatste deel hebben we niet kunnen zien omdat het donker was.